Als je de gebruikerservaring wilt verbeteren, meer klanten wilt ontvangen en wilt weten hoe je jouw website kunt verbeteren, dan is Google Analytics onmisbaar. Maar hoe werkt dit gratis statistiekenprogramma? Wij geven je een handleiding, zodat je zelf aan de slag kunt met Google Analytics.
Tip 1: Google Analytics aanmaken en instellen
Laten we bij het begin beginnen: om bezoekersgedrag te meten, heb je een code van Google Analytics nodig. Deze code komt uiteindelijk op elke pagina van je website te staan. Om daarvoor te zorgen, maak je allereerst een (gratis) Google Account aan. Daarna kun je via https://marketingplatform.google.com/about/ een code aanmaken. Dat is gedaan in een handomdraai!
Tip 2: De beheerniveaus
Wat belangrijk is om te weten: er zijn drie niveaus beschikbaar in Google Analytics. Zorg dus van tevoren dat je hiermee bekend bent en dit op een goede manier inricht.
Dit zijn de drie niveaus:
- Account: Dit is niet je Google Account, maar een soort Account binnen Google Analytics. Wij vullen hier doorgaans de domeinnaam in en in sommige gevallen de klant- of bedrijfsnaam.
- Property: Dit is het niveau waar Google Analytics de splitsing maakt op domeinnaam. Je kunt onder één account meerdere website URL’s tracken door verschillende property’s aan te maken. Op dit niveau wordt ook de GA code/meetscript (de UA code) geleverd, de statistieken worden vanaf het moment dat het meetscript geïmplementeerd is getoond.
- Weergave: Dit is het niveau waarop statistieken van een bepaalde website gefilterd kunnen worden. Een weergave ziet niet met terugwerkende kracht statistieken, die meet pas vanaf het moment dat hij is aangemaakt.
Wij maken standaard twee weergaven aan voor een website:
- Live: Hierin worden alleen de statistieken weergegeven van de live website. Eventuele filters voor bijvoorbeeld IP-adressen zetten we hier ook in.
- RAW: Deze filteren we nooit, zodat we altijd een weergave hebben om op terug te keren.
Het filteren van weergaven kan ingrijpende gevolgen hebben, denk aan statistieken die maar deels binnenkomen. Onze tip: ga daar voorzichtig mee om en test altijd eerst een nieuwe weergave. Bewaar altijd een ongefilterde versie; oude informatie is niet meer terug te halen.
Tip 3: Ken de begrippen Gebruikers, Sessies & paginaweergaves
Wanneer je gebruik gaat maken van Google Analytics, kom je in veel rapportages de volgende begrippen tegen: Gebruiker, Sessie en Paginaweergaven. In de onderstaande afbeelding leg ik uit wat deze termen betekenen.
- Gebruiker: Een persoon die een website bezoekt.
Let wel: een website ziet niet dat jij diezelfde persoon bent achter de laptop als op de tablet, tenzij dit gekoppeld is aan Google Analytics door een klantenaccount. Dit moet echter apart worden ingesteld. Je wordt dus standaard elke keer een ‘nieuwe’ gebruiker zodra je wisselt van apparaat. - Sessie: Een bezoek aan een website. Normaal gesproken blijft een sessie maximaal dertig minuten actief. Doe je dertig minuten niets op een website en klik je dan een nieuwe link aan, dan wordt dit dus gezien als nieuwe sessie.
- Paginaweergaven: De weergave van een pagina.
Een persoon (gebruiker) kan dus meerdere bezoeken (sessies) hebben op een website en binnen zo’n bezoek kunnen door een persoon dus meerdere paginaweergaven worden gedaan.
Voorbeeldscenario: Bezoeker A bekijkt op maandagochtend de homepagina en de contactpagina. Op maandagavond bekijkt hij opnieuw de contactpagina, zodat hij het bedrijf even kan bellen. 1 gebruiker, 2 sessies en 3 paginaweergaven.
Tip 4: Bekijk de diverse rapportages
Onder het menu-item ‘Rapportage’ vind je een flink aantal door Google gegenereerde standaardrapportages. Ik noem er een aantal die heel handig zijn om te gebruiken.
Standaardrapportage 1: Realtime
Een van de eerste knoppen aan de linkerkant is de knop ‘Realtime’.
Hier kun je kijken wat er NU (en het afgelopen half uur) op jouw website gebeurt. Dit kan handig zijn bij promoties en acties zoals advertenties en commercials om te zien of iedereen op de juiste pagina’s terechtkomt of dat er iets verkeerd is gegaan.
Bij ‘Overzicht’ zie je dan ook een overzicht van de belangrijkste gegevens:
- Verwijzingen: Via welke bron mensen binnenkomen.
- Sociaal verkeer: Welk sociaal netwerk gebruikt wordt door de bezoekers om binnen te komen op je website.
- Zoekwoorden: Via welke zoekwoorden mensen binnenkomen via de zoekmachines.
- Actieve pagina’s: Welke pagina’s nu worden bekeken.
- Locaties: Vanaf waar (ongeveer) mensen komen die de website bekijken.
Standaardrapportage 2: Doelgroep
Deze standaardrapportage bestaat uit meerdere rapportages die je allemaal inzicht geven in de gebruikers van je website. Bijvoorbeeld vanaf welke locatie ze je website bekijken en met welke besturingssystemen. Je kunt zelfs inschakelen dat je van een deel de leeftijd en het geslacht kunt weergeven.
Rapport: Demografie
Dit rapport toont meerdere gegevens, zoals leeftijdscategorie, geslacht en interesse. Om dit te kunnen zien, moet er een uitbreiding worden gedaan op het meetscript. Je zult dit echter niet van al je bezoekers kunnen zien; het wordt vaak maar van een klein deel gemeten. Wanneer je veel bezoekers hebt, kun je hier vaak meer informatie uithalen.
Rapport: Technologie: Browser en besturingssysteem
Hier kun je zien met wat voor browsers mensen veelal je website bezoeken. Deze rapportage kun je gebruiken om te zien of er misschien iets niet helemaal goed werkt in verschillende browsers. Wanneer bijvoorbeeld het bouncepercentage ineens veel hoger is dan het gemiddelde, kan er een probleem zijn. Tijd om te testen, dus.
Rapport: Mobiel
Met deze rapportage kom je erachter of het misschien tijd is voor een mobile-first website. Ook hier kun je zien of er misschien een probleem is op een specifiek platform, doordat het bouncepercentage ineens enorm afwijkt van het gemiddelde. Als je doorklikt (aan de linkerkant) naar de rapportage ‘Apparaten’ kun je het nog eens bekijken op apparaat-niveau om te zien of er op specifieke apparaten problemen optreden.
Standaardrapportage 3: Acquisitie
Onder het item acquisitie zie je hoe de bezoekers op je website terecht zijn gekomen. Dat kan via de zoekmachines, maar je kunt ook een koppeling maken met je Google Adwords campagnes om zo beter te zien wat de advertenties daadwerkelijk opleveren.
Rapport: Alle verkeer – Kanalen
Hier zie je via welke kanalen de bezoekers binnenkomen:
- Organic search: Verkeer via de zoekmachines. Dit zal vooral Google zijn maar kleinere aantallen kunnen ook binnenkomen via bijvoorbeeld Bing.
- Direct: Dit zijn mensen die de website benaderen zonder dat Google Analytics een bron kan achterhalen. Ja, dat kan. Bijvoorbeeld wanneer mensen zelf de URL intikken of vanuit Outlook een linkje krijgen en die aanklikken.
- Referral: Dit zijn verwijzingen, door andere websites.
- Social: Diverse socialmedia-accounts geven tegenwoordig een tag mee aan de URL’s die je gebruikt in je posts. Hierdoor kun je deze gemakkelijk tracken in Google Analytics.
Zodra je op een van deze blauwe teksten klikt, krijg je meer informatie. Maar je kunt ook klikken boven de tabel op ‘Bron/Medium’. Hier zie je meer informatie over hoe mensen binnen kwamen. Bijvoorbeeld wat de verwijzende website was, of welke zoekmachine gebruikt werd.
Rapportage: Google Ads
Om deze in te kunnen zien, moet er een koppeling gemaakt worden tussen Google Analytics en Google Adwords. Dit is alleen mogelijk als het e-mailadres waarmee je inlogt toegang heeft tot zowel Google Analytics als Adwords. Daarna kun je hier meer gegevens inzien over wat de Google Adwords gebruikers verder doen op je website.
Rapport: Search Console
Dit rapport wordt ingevuld nadat je Google Analytics hebt gekoppeld aan Search Console. Doe dit vooral: je kunt zo meer inzicht krijgen in de zoektermen waarmee mensen je website vinden. Helaas zie je sinds een paar jaar nog maar een klein deel van de zoekwoorden die mensen intoetsen in Google en daarmee op je website komen. Veel zijn vervangen door Not provided en Not set. Google heeft deze afgeschermd. In deze rapportage zie je een deel terug, maar je krijgt geen exacte cijfers, meer een indicatie.
Rapportage: Sociaal
Hier zie je puur het verkeer via de sociale netwerken, bij ‘Overzicht’ zie je het aantal sessies (bezoeken) via de netwerken opgesplitst. Bij ‘Bestemmingspagina’s’ zie je naar welke pagina’s de meeste mensen toe gingen via de sociale netwerken.
Rapportage: Campagnes
In dit onderdeel kun je bijvoorbeeld getagde links zien (bijvoorbeeld vanuit een nieuwsbrief). Heb je Adwords gekoppeld? Dan vind je die hier ook terug.
Boven de tabel kun je nog klikken op bijvoorbeeld bron of medium om meer te zien.
Standaardrapportage 4: Gedrag
Onder ‘Gedrag’ kun je zien hoe mensen zich gedragen op de website, welke pagina’s ze bezoeken en welke zoekwoorden ze intoetsen. Je kunt daarnaast ook experimenten uitvoeren.
Rapportage: Site-content – Alle pagina’s
Met dit rapport kom je erachter welke pagina’s mensen precies bezoeken op de website. Je kunt hier naast paginaweergaven ook zien wat het ‘Bouncepercentage’ is van een bepaalde pagina. Is een hoog bouncepercentage (weigeringspercentage) goed of slecht?
Heb je doelen ingesteld en gekoppeld aan een geldwaarde? Kijk in dit rapport dan ook eens naar de paginawaarde. Zo kun je zien welke pagina’s of artikelen de meest waardevolle bezoekers binnenbrengen.
Rapportage: Zoekopdrachten op de site
Wil je dit rapport gebruiken, dan moet er eerst nog iets extra’s worden ingesteld. Dat is een kleine moeite en kan grote voordelen opleveren. Je kunt dan namelijk zien wat mensen zoeken via je zoekfunctie op de website. Zo kun je zien welke content de bezoekers verwachten op je website, maar er misschien (nog) helemaal niet op staat.
Rapportage: Gebeurtenissen
Dit rapport toont metingen. Maak je gebruik van bepaalde WordPress plugins, dan worden sommige dingen al bijgehouden, zoals klikken op externe links. Met dit rapport kun je iedere actie meten die bezoekers doen op de website. Denk aan het aanklikken van een specifieke button of het verzenden van een formulier. Meer weten over gebeurtenissen en implementeren daarvan?
Rapportage: Experimenten
Hier kun je simpele A/B-testen opzetten. Je maakt twee pagina’s aan op de website die net iets verschillen van elkaar, en vervolgens kun je testen welke meer conversies binnenhaalt. Je moet wel doelen ingesteld hebben. Onze tip: Laat de pagina’s niet te veel van elkaar verschillen. Vaak is de kleur of positie van een button voldoende.
Standaardrapportage 5: Conversies
Onder dit item zijn weer allemaal rapportages te vinden voor wanneer je doelen en/of e-commerce hebt ingesteld. Voor E-commerce moeten eerst aanpassingen worden gedaan in het meetscript. Voor doelen hoeft dit niet altijd.
Rapportage: E-commerce
Wanneer je een webwinkel hebt, is het raadzaam E-commerce tracking te installeren op je website. Dan zie je daarna namelijk allemaal nuttige rapportages verschijnen. Bij ‘Overzicht’ zie je de belangrijkste statistieken bij elkaar, zoals de opbrengst, conversiepercentage, transacties, gemiddelde bestelwaarde en de best verkopende producten. Wil je meer weten over de verkopende producten? Ga dan naar de rapportage ‘Productprestaties’ .
Tip 5: Ga aan de slag met de rapportages
Nu je de rapportages gezien hebt, wil je vast opzoek naar meer specifieke dingen. Misschien wil je verschillende data vergelijken, of juist bepaalde pagina’s. Dat kan!
Datum & tijd
In alle rapportages – behalve ‘Realtime’ – kun je de data aanpassen in de rechterbovenhoek. Belangrijk om te realiseren: deze staat standaard t/m gisteren. Wil je kijken wat er vandaag gebeurt, dan moet je de datum aanpassen naar vandaag. Door op het pijltje naar beneden te drukken kun je zelf data selecteren én er voor kiezen om data te vergelijken:
Ideaal: hij zal de data die je hebt ingevuld, blijven onthouden terwijl je wisselt tussen de rapportages.
Zoeken in een rapportage
In een aantal rapportages, zoals ‘Site-inhoud’ kun je de statistieken filteren door iets in te vullen in het zoekveld boven de tabel:
Standaard zoekt hij in de primaire dimensie, de gegevens in de eerste kolom. Als je drukt op ‘geavanceerd’, kun je meer zoekcriteria ingeven.
Let er wel op dat een URL met contact.html andere resultaten oplevert dan bijvoorbeeld contact/. Kijk dus goed naar wat er in de tabel staat en of dit is wat je verwachtte. Niet? Pas dan de zoekopdracht aan.
Meer items weergeven
Zijn er meer gegevens beschikbaar, dan kun je onderaan klikken op ‘Rijen weergeven’ of zelf bladeren met de pijltjes:
Het laden van veel rijen kan soms lang duren of er zelfs voor zorgen dat de browser of computer (tijdelijk) vastloopt. Wees er dus wel voorzichtig mee.
Wat houden bepaalde termen in?
Begin je net met Google Analytic, dan is het niet altijd duidelijk wat de definitie is van een bepaalde dimensie. Google heeft daarom per veld een toegevoegd. Gaat er geen lampje branden bij een bepaalde term, dan kun je je muis op dit teken houden om de definitie te zien:
Meer halen uit Google Analytics?
Heb je de smaak te pakken en wil je aan de slag met eigen dashboards, rapportages en misschien wel segmenten? Lees dan een van onze andere artikelen: